Je kent ze wel: mensen die kinderen hebben een bedrijf hebben, sporten en een boek schrijven. Je kent ook mensen die jaren over hun studie doen, van wie de scriptie maar niet afkomt en die depressief worden van de gedachte dat ze een cursus naast hun parttimebaan moeten doen. Het is goed mogelijk dat de laatste persoon veel oog heeft voor detail of, kort door de bocht gezegd, snel afdwaalt en de focus verliest. Perfectionisme kan ook een rol spelen, waardoor het eindproduct nooit goed genoeg is en de laatst verworven inzichten toch echt nog verwerkt moeten worden. Naast dit alles kan doodgewoon ‘uitstelgedrag’ aan de orde zijn. Als je keer op keer lastige of arbeidsintensieve zaken uitstelt, kunnen processen ellenlang gaan duren. Een energieverslindende aangelegenheid, aangezien het feit dat je er niet aan werkt niet betekent dat het (in je (weggestopte) gedachten niet pregnant aanwezig is! Je brein houdt onafgemaakte zaken vast tot ze daadwerkelijk zijn afgerond. Uitstelgedrag laat zien hoe je besluiten neemt in je leven. Terwijl je puzzelt over hoe, wanneer en waarom je iets moet doen, had je al aan de afronding kunnen werken. Uitstel wordt gevoed door gedachtes die je willen laten geloven dat er veel belangrijkere zaken zijn: je kinderen, je partner, je ouders etc. Deze redenen klinken mooi en zijn reuzehandig, omdat de ‘buitenwereld’ je immers nooit zal vragen je gezin als een minder belangrijke prioriteit te zien. Maar kloppen je redeneringen wel? Verschuil je je niet gewoon achter deze argumenten omdat je geen zin hebt of omdat je geen flauw idee hebt hoe je (opnieuw) moet beginnen? Energiegebruik is ook een bekend argument: de fut niet hebben, lusteloos zijn, de kracht niet kunnen opbrengen. Gemakshalve zie je over het hoofd hoeveel nutteloze energie er gaat zitten in uitstellen en voor je uitschuiven. Als de buitenwereld door krijgt dat je een ‘uitsteller’ bent, loop je een groot risico dat je geloofwaardigheid wordt aangetast. De ander kan je zien als slap en ongedisciplineerd en kan zich de vraag stellen of men jou wel een taak kan toevertrouwen. Er kan twijfel ontstaan over je zelfstandigheid, je zelfsturing en je doorzettingsvermogen. Uitstelgedrag kan een vicieuze cirkel teweegbrengen die je zelf zult moeten doorbreken. Allereerst zul je structuur moeten aanbrengen: een vaste dag, een vast tijdstip waarop je aan de klus werkt en een vastgestelde tijd wanneer het af moet zijn. Door een routine te creëren zorg je ervoor dat de beperkte wilskracht die je op een dag hebt, besteed wordt aan je taak en niet aan het heilloze dubben over ‘zal ik wel, zal ik niet’. Maak een to-dolijst waarin je alle acties concretiseert die je moet doen en zet deze weg in de tijd. Deel alles in in concrete hapklare blokken. Heb je geen deadlines van buitenaf, dan zul je jezelf moeten disciplineren door die wel vast te stellen. Je brein heeft doodgewoon een einddatum nodig om gezonde stress te creëren die voor discipline en daadkracht zorgt! Zorg ervoor dat je een deel van de gewone dingen in handen van een ander legt en/of zorg ervoor dat je uit het zicht blijft van degenen die zaken van je verwachten of aan je zullen ‘trekken’ zo gauw ze je zien. Ga aan de slag en wacht niet tot je zin, energie of tijd hebt, want soms moet die doodgewoon worden gemaakt. Maak korte metten met je uitstelgedrag, hoe lastig het ook is, want echt: het is een energievreter en het maakt je ongelukkig. Het zorgt ervoor dat er een energielek is en het maakt dat je weinig trots bent op jezelf!