Ben je iemand die regelmatig een te grote werkdruk ervaart?

Dan is het verstandig om dit niet op zijn beloop te laten, maar actie te ondernemen. Gerichte en effectieve actie kun je pas ondernemen als je goed op een rijtje hebt hoe werkdruk ontstaat.

Je kunt met iemand die onafhankelijk is, analyseren wat de oorzaken zijn van je  werkdruk en onderzoeken wat oplossingsrichtingen zijn. Hoe scherper je op je netvlies krijgt welke factoren voor jou voor problemen zorgen, hoe beter je weet wat je te doen staat.

Je kunt ook met behulp van een aantal vragen een zelfanalyse doen.

Hieronder lees je enkele vragen die je kunnen helpen om voor jezelf helder te krijgen wat de oorzaak is van de werkdruk die je ervaart. Gecombineerd met een oplossingsrichting.

 1. Taakinhoud

Heb je zicht op wat je taak concreet inhoudt? Weet je wat je werkgever  of je opdrachtgever van je verwacht?

Als dit niet duidelijk is, kun je dit uitleggen aan  degene aan wie je verantwoording moet afleggen over je taak. Probeer in een tweegesprek helderheid over je taak te krijgen, waarbij jij jouw taakopvatting zo goed mogelijk formuleert en deze toetst aan de interpretatie die je leidinggevende of opdrachtgever daaraan verleent. Zo kun je samen het beeld over jouw taak bijslijpen tot deze glashelder is. Op deze wijze pak je de regie over jouw taak (weer terug). Houd bij het formuleren van je opdracht goed rekening met wat voor jou haalbaar en reëel is. Je mag best samen met je opdrachtgever of leidinggevende de taak passend maken voor jezelf, zodat je ook daadwerkelijk capabel bent om deze uit te voeren.

 2. Werkprocessen

Zijn de werkprocessen op het werk duidelijk. Wie doet wat? Wie is waar verantwoordelijk voor? Wat wordt er van jou verwacht in deze werk-keten? Zijn er onderdelen van  het werkproces die je niet begrijpt? Zijn er onderdelen in het werkproces die volgens jou niet kloppen? Zijn er mensen in de keten die hun werk niet goed doen om wat voor reden dan ook?

Analyseer het en kaart het aan, in het werkoverleg of bij de leiding als het over personen gaat. Als jij denkt dat stappen in het werkproces sneller of eenvoudiger kunnen, stel dit dan op een positieve manier aan de orde en draag suggesties aan voor verbetering. Doe dit niet uit de losse pols, maar doordenk samen met een ander wat je waar, wanneer en op welke manier aan de orde zult stellen.

 3. Multitasken

Worden er in je werk gedurende de dag heel verschillende eisen aan je gesteld?  Moet je bijvoorbeeld zowel over abstracte dingen nadenken of over dingen die pas in de toekomst plaatsvinden, als ook veel praktische problemen die meteen actie vragen oplossen? En/of zijn er spanningen tussen mensen waar je vanuit je rol iets mee moet doen?

Diverse soorten werkzaamheden vragen dat je gedurende één dag verschillende keren moet schakelen. Daar heb je schakeltijd voor nodig, lang of kort, afhankelijk van wat je nodig hebt. Als je daar geen tijd voor neemt of krijgt, voelt dat als een extra last. Bekijk eens welke soorten werkzaamheden je op een dag tegenkomt en onderzoek of je gelijksoortige taken kunt bundelen. Kies zo mogelijk een vaste tijd voor een bundel taken. Bijvoorbeeld: denkwerk altijd ‘s morgens of juist het laatste uur van je werkdag, omdat je hersenen het dan het beste aankunnen. Door hiervoor een vast tijdstip te kiezen, kun je anderen eraan laten wennen dat je dan niet gestoord mag worden. Door taken zoveel mogelijk te bundelen kun je de schakeltijd en de onrust die daarmee gepaard gaat aanzienlijk beperken.

Werkdruk kan met veel factoren te maken hebben. In dit eerste deel zijn drie factoren uitgewerkt. Deel 2 en 3 volgen nog.
In totaal worden tien factoren onder de loep genomen.

Ga ervan uit dat je werkdruk effectief kunt voorkomen of bestrijden. Laat het niet op zijn beloop in de hoop op betere tijden, maar pak hem aan.
Je voorkomt dan problemen, door te analyseren wat er feitelijk aan de hand is, te bedenken wat je zelf direct kunt oppakken en te constateren wanneer een gesprek met leidinggevende, opdrachtgever, collega’s of anderen op zijn plaats is.