Als mensen in organisaties op bepaalde punten niet goed functioneren, bieden werkgevers training of coaching aan. In groepsverband of via individuele coaching wordt gewerkt aan de verbeteringen. Althans dat is de bedoeling. In een aantal gevallen levert training of coaching nauwelijks enige ontwikkeling op. Dat kan ermee te maken hebben dat degene die naar de training of coaching is gestuurd niet openstaat voor deze ondersteuning. Als de persoon in kwestie zelf vindt dat er geen noodzaak is tot ontwikkeling,verandering, verbetering, is er geen ontvankelijkheid voor hetgeen aangeboden wordt. De trainer, de coach belt aan bij iemand die niet thuis is. Het mooiste, het interessantste, het nieuwste, het duurste kan worden aangeboden, als er geen behoefte is, gebeurt er niks. Als coaching of training niets in beweging zet, is de makkelijkste weg om de trainer of coach te diskwalificeren. Effectiever is om te kijken wat er speelt qua motivatie van degene die deelneemt aan de training of gesprekken heeft met de coach. Ervaart deze persoon wel dat hij/zij een probleem heeft waaraan gewerkt moet worden? Als dat niet zo is, heeft coaching of training geen zin. Alleen als iemand al enigszins gewend en bereid is naar zichzelf te kijken, is er een basis voor training of coaching. Is er geen zelfreflectie, dan zal de neiging zijn om de oorzaak van de (functionerings)problemen altijd bij een ander of de omgeving neer te leggen. Het is goed mogelijk dat de persoon in kwestie vindt dat een ander in plaats van hij/zij zelf nodig een coach of trainer nodig heeft. Ook dat gedachtegoed kan een teken zijn van weinig zelfreflectie. Energie en geld steken in iemand die geen behoefte heeft aan ontwikkeling of verandering of die daar de noodzaak niet van inziet, is verspilling. Er zit voor de omgeving van zo iemand niets anders op dan te dealen met zijn/haar onvermogen tot zelfreflectie. Of degene die aanloopt tegen dit fenomeen gaat aan de slag om te leren hoe hij/zij de ander kan laten inzien wat de effecten zijn van zijn/haar blindheid voor het eigen gebrek.